Programma 1 Werk en inkomen

Financiële risico's

Naam risico  

Financiering uitvoering wet BUIG

Programma

Werk en Inkomen

Omschrijving

In de begroting 2019 wordt in 2019 een nadeel op de BUIG voorzien van 10,7 miljoen euro. Hierbij is rekening gehouden met de in de begroting 2018 ingezette maatregelen om het BUIG-tekort terug te dringen. Bij de BUIG geldt dat relatief geringe afwijkingen in onder meer de hoogte van het aantal uitkeringen en de hoogte van de gemiddelde bijstandsuitkering in absolute bedragen substantiële afwijkingen kunnen hebben. In de begroting 2019 is het tekort op de BUIG opgenomen in het meerjarenbeeld. We weten niet zeker of de in 2018 ingezette maatregelen het beoogde effect hebben. Zonder een verdere afname komt de prognose BUIG uit op 12,7 miljoen euro . We houden daarom vanaf 2019 rekening met een structureel risico van 25% over het verschil van 2 miljoen euro.
In de begroting 2019 worden maatregelen voorgesteld om het tekort op de BUIG in de komende jaren terug te brengen. De belangrijkste maatregelen zijn gericht op het beperken van de instoom en het versnellen van de uitstroom in het eerste jaar. In de begroting 2019 is vanaf jaarschijf 2020 een indicatie van de opbrengsten van de maatregelen opgenomen. Het risico is dat we de ingeschatte besparing niet kunnen realiseren.
Het resterende geraamde tekort (na het  effect van de maatregelen) wordt aangevuld ten laste van de algemene middelen.

Risicobedrag 2019

2 miljoen euro

Kans 2019

25%

Risicobedrag 2020

5 miljoen euro

Kans 2020

25%-75%

Risicobedrag 2021

6 miljoen euro

Kans 2021

25%-75%

Risicobedrag 2022

7 miljoen euro

Kans 2022

25%-75%

Structureel/Incidenteel

Structureel

1e signaleringsmoment

VGR 2014-2 en Begroting 2015

Actie

In 2019 nemen we maatregelen om het verwachte structurele tekort zoveel mogelijk terug te dringen. Het resterende tekort wordt opgelost door aanvullende middelen beschikbaar te stellen ten laste van de algemene middelen.

Naam risico  

Risico loonstijgingen SW

Programma

Werk en Inkomen

Omschrijving

Op 22 december 2015 hebben de VNG en de bonden een onderhandelaarsakkoord bereikt over een nieuwe cao SW. De indexatie van de lonen wordt gekoppeld aan de indexatie van het wettelijk minimumloon. De afspraak is gemaakt dat gemeenten in 2017 en 2018 worden gecompenseerd voor loon- en prijsontwikkelingen. Voor de periode 2017-2018 is daarom geen sprake meer van een risico. Na 2018 is de situatie onzeker. Een loonsverhoging van 1% heeft een financieel effect van ongeveer 300 duizend. We houden rekening met een afname van de doelgroep van 5% per jaar. Het risico verlaagt dus ook met 5% per jaar.

Risicobedrag 2019

285 duizend

Kans 2019

50%

Risicobedrag 2020

270 duizend

Kans 2020

50%

Risicobedrag 2021

257 duizend

Kans 2021

50%

Risicobedrag 2022

244 duizend  

Kans 2022

50%

Structureel/Incidenteel

Structureel

1e signaleringsmoment

2012

Actie

Berichtgeving Rijk afwachten

Naam risico  

Sociale werkvoorziening (Ten Boer)

Programma

Werk en inkomen

Omschrijving

In Ten Boer werd rekening gehouden met een risico sociale werkvoorziening omdat het budget dat de werkvoorzieningsschappen van het Rijk ontvangen gestaag terug loopt. De uitstroom vanuit Ten Boer is lager dan het landelijke gemiddelde. De bijdrage (het verschil tussen loonkosten en rijksbijdragen) die de gemeente moet betalen zal daardoor stijgen.
Omdat de werkwijze in Groningen anders is dan in Ten Boer houden we in de begroting 2019 rekening met het risico bij Ten Boer. Het risico wordt ingeschat op 100.000 structureel met een kans van 30%.

Risicobedrag 2019

100 duizend euro

Kans 2019

30%

Risicobedrag 2020

100 duizend euro

Kans 2020

30%

Risicobedrag 2021

100 duizend euro

Kans 2021

30%

Risicobedrag 2022

100 duizend euro

Kans 2022

30%

Structureel/Incidenteel

Structureel

1e signaleringsmoment

Actie

Vanaf de begroting 2020 zal dit risico worden betrokken bij de Groningse werkwijze.